Laat je meeslepen in de onderhoudende Keti Koti Conference en begrijp waarom we samen ons verleden delen.
Steeds meer mensen maken kennis met Keti Koti, het verbreken van de ketenen. Een steeds grotere groep weet zelfs waar het voor staat: de dag dat Nederland de slavernij afschafte. Dat is feest. Voor iedereen. Want geen weldenkend mens kan vóór slavernij zijn.
De makers van FATU, MC Jeffrey Spalburg en DJ Phantom gaan graag het verhaal aan met de zaal. Inmiddels zijn zij de langstlopende comedyshow van Nederland en weten ze als geen ander hoe je op een hilarische maar toch inhoudelijke manier contact legt met je publiek. In deze comedyspecial worden ze ondersteunt door de beelden en animaties van VJ Bikkel die vanuit het heden je mee terugneemt naar het verleden maar je vooral naar de toekomst laat kijken.
Keti Koti Conference. Het is tijd om de ketenen te verbreken en toch meer te verbinden met elkaar.
Na tien jaar onderzoek en drie jaar dagelijks schrijven is het eindelijk zover: Op 23 juni ligt Jeffrey’s eerste roman ‘Ik ben jullie meester’ in de winkel. Daarin volgt Jeffrey het spoor van zijn zwijgzame vader vanuit Paramaribo naar Hengelo.
Als het achtjarige zoontje van Jeffrey Spalburg rot op naar je eigen land naar zijn kop geslingerd krijgt, komt Jeffrey tot de wrange conclusie: ons bestaan wordt hier nog altijd in twijfel getrokken. Al drie generaties lang. Het dwingt hem om terug te gaan naar het verhaal waar alles begon: het verhaal van zijn mysterieuze vader James, die vanuit Suriname naar Nederland kwam om leraar te worden.
James Spalburg wordt op achtjarige leeftijd de man in het huis: zijn vader is afwezig, zijn oudere broer overlijdt. James verkoopt zes dagen per week eieren op de markt, timmert speelgoed voor zijn jonge broertje en zusje en doet het ook nog eens goed op school. Als hij zestien is, komt hij al voor de klas te staan. Enkele jaren later besluit zijn moeder dat de getalenteerde docent wiskunde naar Nederland moet.
In 1950 komt hij na achttien dagen varen aan in Amsterdam en vindt een baan in Badhoevedorp — de allereerste zwarte docent van het dorp. Uiteindelijk komt hij terecht in Hengelo, waar mensen van kleur nog zeldzamer zijn en zoon Jeffrey wordt geboren.
‘Ik ben jullie meester’ is een autobiografische generatieroman die zich over bijna honderd jaar uitstrekt.
Comedian Jeffrey Spalburg wist niet dat ‘trut’ een scheldwoord was. Nu wel
Jeffrey Spalburg beschouwt het Bijlmer Parktheater als zijn tweede huiskamer. Hij organiseert er al zestien jaar een comedyprogramma. ‘De mensen die hier komen, zijn open en sociaal.’
Wat doet hij? Hij is comedian, schrijver en regisseur. Na de zomer verschijnt zijn boek Ik ben jullie meester over vaderschap in drie generaties Spalburg.
Eerst maar even over die trui. Hij was nog geen vijf minuten binnen in het Stedelijk Museum in Amsterdam, afgelopen april, om de tentoonstelling van Remy Jungerman te zien, of een suppoost vroeg ‘of hij even mee wilde komen’. Was er iemand dood? ‘Sorry dat ik dit moet vragen, maar wat is de bedoeling van uw trui?’, zei de suppoost. Eh… me warm houden? Maar hij was serieus. Er was een klacht gekomen van een mevrouw, over de tekst: Trut. Dus of hij even wilde uitleggen waarom dat op zijn trui stond? Spalburg was verbijsterd. ‘Omdat het een merk is, het is gemaakt tegen vertrutting in de samenleving.’
Net toen Spalburg bedacht hoe ironisch het was, zei de man: ‘Oké, dankjewel’, en liet hij hem gaan. ‘Ik liep nog een paar meter verder en dacht toen: wat is hier gebeurd? Ik wil hier helemaal niet meer zijn. Ik kwam hier voor kunst en het voelde alsof ik uit de rij was gepikt. Ik bedoel, dit is het museum van de vrije creatieve expressie. Dat is het grootste what the fuck-gevoel dat ik eraan over heb gehouden. Ik snap die vrouw ook niet, dat je hiervoor je schouders niet ophaalt, het gáát niet over haar. En ze had het ook tegen mij kunnen zeggen, dan had ik gezegd: het is een merk, wil je er ook een?’
Spalburg diende een klacht in bij het museum en kreeg twee brieven. Het hoofd Informatiecentrum bood welgemeende excuses aan en wilde details weten zodat hij kon achterhalen welke suppoost het was geweest. ‘Maar die suppoost was heel vriendelijk en voerde gewoon zijn werk uit, dus die heb ik niet gegeven.’
Van de persvoorlichter kwam een bericht met de strekking: het spijt me dat je dit zo hebt beleefd, en of hij koffie wilde komen drinken. ‘Maar dat hoeft niet, ik heb wel geantwoord hoe ik het heb ervaren.’ Hij legde zich neer bij deze reacties van het museum. Maar het is jammer, want ironie is een ontzettend sterk stijlmiddel, vindt Spalburg, het hoort bij zijn werk: ‘Maar kan ironie op een T-shirt met mijn hoofd erboven? Goeie vraag, blijkbaar niet voor die bezoekster.’
Hier in het Bijlmer Parktheater legt Spalburg uit hoe fijn het is om een plek te hebben waar je je vrij voelt en thuis. ‘Ik kom uit Hengelo, maar heb ook in Amsterdam-Zuidoost gewoond en kwam hier al eerder omdat mijn broers en zus hier ook woonden. Het gevoel in dit theater is familieachtig, heel anders dan in andere theaters, je merkt het ook aan het personeel dat altijd naar de voorstellingen komt kijken. Het is niet formeel of hiërarchisch, je voelt de betrokkenheid.’
De foyer
‘Het Bijlmer Parktheater is mijn tweede huiskamer. Ik organiseer hier al zestien jaar Fatu, een comedymiddag met collega-comedians waar ook een talentontwikkelingsprogramma bij zit. Sommige jongeren zijn professional geworden en dat vind ik erg leuk. Fatu betekent grap in het Surinaams, maar ook het hebben van een goede tijd. De mensen die hier komen zijn open en sociaal, het is heel fijn comedypubliek.’
Trut
‘Ik wist niet eens dat trut een scheldwoord was, behalve in de zandbak. Nou, dat bleek, toen ik er in het Stedelijk Museum op aangesproken werd. Je hebt in Amsterdam toch ook café De Trut? Het T-shirt is een knipoog, als verzet tegen vertrutting in de samenleving.’
Bij de arcadekast
‘Deze arcadekast heet Shade en is gemaakt door kunstenaar Brian Elstak. Hij eert er alle verhalenvertellers mee die hem inspireren. Onderaan staat een afbeelding uit de voorstelling Offside van theatergroep Made in da Shade uit 2000 waarin ik speelde.
Oranje stoelen
‘Ik had nog nooit oranje stoelen gezien in een theater in Nederland. Meestal zijn de stoelen rood. Het geeft een thuisgevoel als ik ze zie wanneer ik binnenkom. Tijdens de voorstelling hoor ik ze natuurlijk niet te zien, anders is het niet uitverkocht. Ze horen bij hier en hebben wel iets koninklijks.’
T-Shirt
‘Dit shirt heb ik gekregen van de broer van zwemmer Ranomi Kromowidjojo. Het was net voor North Sea Jazz, waar ik presenteerde en het aantrok. Bigi Poku is Afro-Surinaamse dansmuziek met veel percussie en blazers, de ritmen komen uit de kawina, religieuze muziek die oorspronkelijk uit Afrika komt. In Hengelo heb ik het meegekregen van mijn vader, die verder vooral klassieke muziek luisterde. Later ben ik zelf muziek gaan maken en werd het onderdeel van wie ik ben.’
Schoenen
‘Ook gekregen, dat is toevallig hoor. Ze zijn van het Rotterdamse schoenenmerk Mascolori; Hugo de Jonge draagt ze ook. Ik speelde Cab Calloway in een jazzvoorstelling en toen zei saxofonist Rolf Delfos: ‘Je hebt andere schoenen nodig, kom maar mee’. Ik kreeg leren jazzschoenen en deze erbij. Die pasten wel bij stand-upcomedy, vond de verkoper. Ze zijn bij me gaan passen, maar het zijn geen lucky shoes hoor, dan moet je ze altijd aan en ik wil wel een beetje variëren.’
Jeffrey deed mocht afgelopen zomer de podiumregie doen van het concert From South East With ❤️. Het concert is uitgezonden door de NTR op NPO3.
Tijdens From Southeast With Love is een initiatief van Orville Breeveld. Je hoort de beste artiesten uit Zuidoost – de muzikaal meest veelzijdige buurt van Amsterdam – in de mooiste concertzaal van de stad. Een uniek concert waarin we de verbinding van culturen, de muzikale rijkdom van Amsterdam en Zuidoost, én de liefde voor muziek vieren.
In de Grote Zaal is het podium voor onder anderen La Rouge, operazangeres Imara Thomas, soulzanger Soulmac, hiphopartiest Young Nnelg, pianist Dywel Braaf en Black Harmony. Ook fadozangeres Daisy Correia, Anne Suzanna, Joancy Breeveld en Jimmy Ramphalmisser zullen optredens geven. Ze worden allen begeleid door het Southeast All Star Ensemble onder leiding van music director Benny Alwart. Presentatoren Soundos Al Ahmadi en Défano Holwijn leiden de avond in goede banen. Special guest vanavond is Edsilia Rombley.
Met dank aan Gemeente Amsterdam, Wonam, Amsterdam UMC, Zuidoost City.
De afgelopen zomer was Jeffrey de hele maand augustus gastcolumnist bij De Volkskrant en liet zich leiden door de waan van de dag. De columns, vijf in totaal, behoorde op zondag verschillende keren tot de best gelezen stukken van de dag. Met een Volkskrant abonnement zijn ze allemaal terug te lezen via de site. Zoals deze.
Komend seizoen is Jeffrey weer te zien in een grote muziektheatervoorstelling van The Legends. Deze groep heeft al meerdere grote successen geboekt met Lady Sing The Blues, I’m A Soulman, Miles! en natuurlijk It’s A Man’s World. waarin hij ook te zien was. De samenwerking is zodanig goed bevallen dat de handen deze keer ineen zijn geslagen voor een intense en opzwepende theatershow over de laatste dagen van Jezus. Het verhaal wordt geschreven door Spalburg en omlijst door de soul en gospelmuziek van Ray Charles, Stevie Wonder, Aretha Franklin, Marvin Gaye en Sam Cooke. De muziek wordt uitgevoerd door de beste live soulband van Nederland en voorzien van de powervocalen van zangers Steffen Morrison en Yerry Rellum. Ook rockzanger Martin van der Starre (Jezus Christ Superstar en Woodstock The Story) zal meedoen. Vanaf maart overal te zien in het theater. Check de speellijst hier. Of kijk op deze site onder agenda.
‘Jij bent best grappig!’ zei laatst iemand tegen mij. Normaal een vreselijk compliment voor een cabaretier maar in deze setting was ik er blij mee. Het was namelijk na afloop van een dagvoorzitterschap. En daar gaat het niet om mij, als performer. Of om de hardste lach, maar om het programma. De informatie die de deelnemers op een ontspannen en onderhoudende manier krijgen voorgeschoteld. En als dat kan met een lach; des te beter. Dan weet je zeker dat het verhaal van zo’n dag ook beter blijft hangen. Wat dat betreft is dagvoorzitter zijn hetzelfde als een avondje cabaret; in beide gevallen stuur je ze met een goed gevoel naar huis.
Er is alleen één groot
verschil. Als cabaretier vertel ik mijn eigen verhaal en als dagvoorzitter het
verhaal van jullie; de opdrachtgever. Wat dat verhaal is, krijg ik meestal te
horen in een voorgesprek. Bij een boeking is dat altijd stap één. Tijdens die
stap ben ik als een hongerige student en wil ik altijd zoveel mogelijk weten; wat
is de setting? Voor wie is de dag bestemd? Wat willen jullie meegeven? Ik lees
mezelf in en vorm een beeld. Daar laat ik dan mijn gedachten over gaan en begin
ik te schetsen in mijn hoofd. Dat werkt als een soort van hogedrukpan voor mij.
Met de deadline in zicht vorm zich het concept. Denken aan leuke dingen; ik heb
er mijn werk van gemaakt.
En dan begint stap 2; het
schrijven. Als ik zelf het programma van de dag mag maken zorg ik voor een
logische opbouw en werk ik toe naar een hoogtepunt. De flow is daarbij erg
belangrijk. In een bestaand programma, kies ik welke teksten ik waar gebruik en
zorg ik voor zoveel mogelijk ‘munitie’ die ik bij elk onderdeel kan inzetten.
Wanneer ik wat gebruik, hangt altijd af van het moment. Wanneer je bijvoorbeeld
iemand interviewt die net noemt wat jij al had opgeschreven dan laat je die
tekst natuurlijk aan je voorbij gaan.
Daarmee zitten we al bij stap
3; de uitvoering. Het bouwen van een goede sfeer. En hoe maak je die? Met
humor. Ben blij dat ik als cabaretier in het vak als dagvoorzitter ben gerold. Dan
gaat het een stuk makkelijker. Moet er niet aan denken om met al je voorbereide
volzinnen voor een zaal te moeten spreken die er helemaal geen zin in heeft. En
die zijn er genoeg. Want als je op de maandagochtend door je baas verplicht naar
een congres over veranderingsmanagement wordt gestuurd zijn er, op dat moment,
wel duizend andere dingen die je liever wil doen. Aan mij dan de uitdaging om
zo snel mogelijk die ongemakkelijke wolk van weerstand die er hangt, weg te
krijgen. Met humor. Dan is het schakelen, improviseren en in ieder geval niet
angstvallig willen vasthouden aan je opgeschreven tekst. Dat is ook de reden
dat ik altijd alles uit mijn hoofd doe. Als dagvoorzitter moet je contact maken
en verbinden. En niets wat dan zo in de weg zit als voorgelezen papiertjes, die
letterlijk tussen het publiek en het podium staan.
Ik heb dat al op veel plekken
mogen doen. Niet alleen in buurthuizen of schouwburgen maar ook in feestzalen
of schoolkantines. Voor de meest uiteenlopende soorten publiek. Van artsen tot
ambtenaren, profesoren tot politieagenten maar ook voor hulpverleners of
bewoners van een AZC.
Ik vertel graag jullie verhaal. De toon waarop is ook belangrijk. Het moet passen bij het onderwerp of het doel van de dag. Ik bedenk, schrijf en voer uit en steeds is het mijn uitdaging om met creativiteit het concept van zo’n dag, zo goed mogelijk over te brengen bij het publiek. En ze weer met een gevoel naar huis te sturen. Met humor. Maar ook altijd uit het hoofd.
Dit jaar staat Jeffrey in twee grote muziektheaterproducties. Hij is zowel te zien in de voorstelling It’s A Man’s World als in Crooner’s Night Club.
In It’s A Man’s World speelt hij samen met de zangers Yerry Rellum en Steffen Morisson en is een ode aan de grooste soulzangers aller tijden. Soullegendes James Brown, Stevie Wonder en Marvin Gaye wisten ondanks hun zware leven en sociale achterstand, uit te groeien tot ware iconen. Stoere mannen die elk op hun eigen manier een verschil maakten, maar ook kwetsbare zonen en twijfelende vaders waren. In deze voorstelling komt hun muziek tot leven en verlaat je gegarandeerd weer, als herboren het theater. Meer info vind je hier.
Crooners Nigh’t Club is de opvolger van de succesvolle voorstelling Swingin’ Harlem en gaat over de nachtclubs van New York en Las Vegas in de jaren 50 van de vorige eeuw. Precies in die sfeer wordt je een avond ondergedompeld in de verhalen en unieke omgangsvormen van de legendarische artiesten uit die tijd en kan je genieten van hun muziek. Samen met het puikje van de Nederlandse jazzscene is dit een bigband spektakel waarin muziek, comedy en mooie verhalen hand in hand gaan.
Zie ‘agenda’ op deze site voor de speellijst of check hier de reportage die RTV Oost van de voorstelling maakte.
Al voor het derde jaar succesvol op rij; De Kerstrevue. Inmiddels niet meer weg te denken in Twenteland. Met muziek, theater, comedy.
Was Jeffrey vorig jaar nog ’te gast’, dit jaar is hij elke avond live on stage. Een show met eigenzinnige experimenten en onverwachte samenwerkingen. Vier kerst zoals je nog nooit kerst hebt gevierd. Met eten, drinken, grappen, verhalen, verlangens, poëzie en muziek. En dat allemaal in 1 show; ‘Wat wo’j nog meer?’